‘In oorlogen sneuvelt de waarheid als eerste’ is een gevleugelde uitspraak, waarvan het bewijs vrijwel elke dag weer geleverd wordt door de strijd in Oekraïne. Desinformatie is inmiddels een volwaardig wapen in elk conflict.

Desinformatie wordt wel gedefinieerd als ‘te kwader trouw verspreide misleidende of onjuiste informatie.’ En het onderscheid met Misinformatie, ‘al dan niet opzettelijk verspreide onjuiste informatie’ is klein maar wel wezenlijk. Het verschil zit hem in de intentie. Misinformatie kan ook per ongeluk ontstaan en verspreid worden, terwijl desinformatie altijd verspreid wordt met een doel. Het resultaat kan in theorie wel hetzelfde zijn, maar bij desinformatie is vaak ook de systematische verspreiding al in de planning meegenomen en zodanig geoptimaliseerd dat het daadwerkelijk een wapen wordt.

En is de inzet van zo’n wapen dan ook te rechtvaardigen? Bijvoorbeeld door de aangevallen partij? In liefde èn oorlog is immers alles geoorloofd’?

Wat is de impact van desinformatie in een conflict, en hoe kun je je als burger of journalist ‘wapenen’ (om maar in hetzelfde jargon te blijven) tegen dergelijke informatie? Hoe werkt het? Hoe herken je het? En hoe kun je zulke informatie onschadelijk maken?

Kennis is ook hier macht. De eerste stap ligt in het erkennen dat er via social media, maar ook via reguliere media, een dagelijks ‘bombardement’ van mis- of desinformatie plaatsvindt. De volgende stap is dat je altijd alert bent op de mogelijkheid dat elk bericht dat je ziet of leest potentieel onjuist is. Dat is overigens dan nog wel weer iets anders dan er a priori vanuit gaan dat elk bericht ook wel vals zal zijn.

Afgelopen vrijdag (30 september) vond er in Antwerpen een boeiende conferentie plaats over dit onderwerp – desinformatie in tijden van conflict – georganiseerd door BENEDMO, een Vlaams-Nederlands initiatief tegen desinformatie, voor en door factcheckers, mediabedrijven, wetenschappers en andere experts.

Dit leverde een aantal zeer levendige presentaties, workshops (én discussies) op. Met name de break-out ‘Show & Tell’ was zeer boeiend. Hier vertelde Annique Mossou (Bellingcat) over hoe OSINT ingezet wordt bij het analyseren van de berichten uit Oekraïne, waarna Brecht Castel van Knack, verder inging op de kracht & beperkingen van OSINT. Luc Van Bakel en Amra Dorjbayar gingen in op de Data, Desinformatie en Technologie-aanpak van VRT België.

De middag werd afgesloten met een presentatie van Elizabeth Cappon (Textgain) & Peter Burger (Nieuwscheckers) over Antisemitisme op Twitter, en hoe zij – onder meer op basis van heel veel data en tekstanalyse – in kaart hebben kunnen brengen in hoeverre FvD en PVV op Twitter een grote verwantschap tonen met evident antisemitische propagandisten.

Netwerkanalyse NL politieke spectrum op Twitter, gerelateerd aan antisemitisme (gekleurde bolletjes)

Een grondig rapport met redelijk spectaculaire uitkomsten dat echter bij publicatie in mei van dit jaar toch maar beperkt door de media werd opgepikt. Gemiste kans, lijkt mij.

En dat brengt ons meteen bij een van de grootste uitdagingen van factchecking en het ‘debunken’ van fakenews: hoeveel mensen bereik je er mee? En hoeveel van die mensen zijn ook bereid om zich erin te verdiepen, of om de nieuw gedebunkte informatie als waarheid te accepteren? Werkt factchecken wel, en wegen de baten op tegen de kosten? En hoe en waar communiceer je de factchecks? Werk aan de winkel dus voor gedragswetenschappers maar ook voor communicatiemensen.

Nieuwsgierig geworden? Dit onderwerp zal ook aan bod komen op de jaarlijkse Skepsisconferentie (19 november in Amersfoort) waar onder meer de Nederlandse Marieke Kuypers (debunks op TikTok, Poynter) en de Belgische Nathalie van Raemdock over dit onderwerp zullen spreken.